Druk, drukker, drukst! - Reisverslag uit Jogjakarta, Indonesië van Kim Hakvoort - WaarBenJij.nu Druk, drukker, drukst! - Reisverslag uit Jogjakarta, Indonesië van Kim Hakvoort - WaarBenJij.nu

Druk, drukker, drukst!

Door: Marvin en Kim

Blijf op de hoogte en volg Kim

12 April 2015 | Indonesië, Jogjakarta

Sin chao! (Hallo)

Na de twee tripjes die we in het noorden van Vietnam ondernomen hadden keerden we wederom terug naar de hoofdstad om vervolgens onze reis naar het zuiden in te zetten. Na een busreis van maar liefst 25 uur kwamen we dan eindelijk aan in Hoi An, een karakteristiek plaatsje in midden Vietnam. Regelmatig hebben we contact met andere reizigers die we ontmoet hebben en wisselen we ervaringen uit over bepaalde plekken. Over Hoi an was eigenlijk iedereen die we spraken helemaal lyrisch, dus dat beloofde wat. Eenmaal aangekomen in het hotel werd ons direct duidelijk waarom. Het aanzicht is alsof je in Parijs bent en alle straten zijn knus, klein en gezellig. Vooral s'avonds is dit kustplaatsje enorm sfeervol doordat overal lampionnen branden. Vanaf de centrale brug kon je een papieren bakje met een kaarsje erin in de rivier laten zakken. De eerste dag hadden we slecht weer dus niet zoveel bijzonders gedaan. Lekker uitgeslapen, restaurantje opgezocht en daar maar een beetje gekaart. De stad verkend toen het droog was en op tijd weer naar bed. Hoi an staat bekend om de vele tailorshops. Overal waar je kijkt zijn er winkeltjes waar je kleding (vooral jurken en pakken) op maat kan laten maken. Aangezien Marvin in Thailand al iets had laten maken en Kim er niet zo'n zin an had hebben we dat aan ons voorbij laten gaan. De volgende dag hebben we bij ons hotel twee fietsen gehuurd en besloten we er, na veel wikken en wegen, maar zelf op uit te gaan en dus geen georganiseerde tour te boeken. Een beetje domweg in het rond fietsen leek ons zo verstandig nog niet, dus plukten we een route van het internet en hoopten op goed geluk een mooie route te hebben gevonden. En jawel, al banjerend door smalle modderpaadjes fietsten we langs de rivier, midden door de rijstvelden en konden we genieten van de vele visvijvers. Halverwege de route werd ons pad geblokkeerd door vissers die hun vangst naar de kant sleepten. Met man en macht trokken ze emmers vol met garnalen uit het water, die ze vervolgens in een bak met water gooiden en in de laadauto plaatsten. Rijp voor het avondmaal zou je zeggen. In een van de rijstvelden werd een stop genoemd in de route. Er zou een Japanse graftombe te zien zijn.. we keken druk om ons heen maar het leek nou niet bepaald alsof er een graftombe in de buurt was. Een Vietnameese man schoot ons te hulp. Hij dacht oeh, mooi, toeristen, die kan ik mooi wat vertellen en dan vang ik weer wat geld. En ja hoor, hij nam ons direct mee naar de tombe wat nog geen honderd meter verder lag. We hadden al zo'n vermoeden dat dat de tombe was maar het was werkelijk een ding van niks. Een plateautje beton met een gedenksteen en bidplekje. De Vietnameese man liet ons zien waar de rijst in de plant verstopt zat en allebei moesten we een stengel vasthouden. We kwamen bij de bidplek en jawel, Marvin en Kim op de knietjes en bidden maar. Handen tegen elkaar en drie keer bidden. De rijst'stengel' die we vast hadden moesten we erbij zetten en daarna begon het ritueel opnieuw met een wierookstokje. Haha, we keken elkaar aan en moesten in ons zelf wel een beetje lachen. Zag ons zitten midden in een rijstveld, biddend bij een Japanse tombe. Natuurlijk moesten we daarna geld offeren. Prima, willen er wel íets in doen, maar veel zal het niet zijn. We pakte 1000dong (5 cent), maar nee dat was niet goed. Er moest 100.000d (5euro) in volgens de man. Uiteraard hebben we het toen lekker laten varen. Toen we weg gingen vroeg de man om wat geld en probeerde er ook weer meer van te maken. Hij bleef gelukkig vriendelijk en werd daardoor beloond met 10.000d voor het geven van een interessante ervaring! Na een paar uur gefietst te hebben (17km), hebben we vlak voor ons eindpunt nog een groenteplantage bezocht. Erg leuk om te zien wat er allemaal verbouwd wordt en op welke manier. s'Avonds, terug in Hoi An, gebeurde er iets speciaals. Eén keer in de maand gaat van half 9 tot half 10 het licht uit.Overal op straat is het donker, alleen lampionnen met kaarsjes branden dan een uur lang. Er waren groepen studenten aan het dansen en het was overal ontzettend druk. Wij zaten lekker te genieten van ons diner en van wat er allemaal om ons heen gebeurde. Grappige ervaring! De volgende dag vertrokken we om 6 uur met de bus richting onze volgende stop, Nah Trang. De 12 uur durende busreis was dit keer helaas niet zo'n pretje. De bus was veel te vol geboekt waardoor er zelfs mensen op een matje in het gangpad moesten liggen. De bagage paste niet allemaal in het ruim waardoor ook dit in de bus werd gelegd. De mensen die voorin de bus zaten konden nauwelijks meer achterin bij de wc komen, zo vol was het. Al snel werd duidelijk waarom de helft van de bagage in de bus gelegd werd. Onderweg stopten we een paar keer om andere goederen in de bus te laden. Het zat Kim niet helemaal lekker, haar tas lag nog in het ruim, die van marvin in de bus. Toen we aankwamen in Nah Trang werd de onrust van Kim helaas bevestigd. De tas kwam zeiknat uit het ruim en stonk, jawel, naar VIS. Neeeeeeee! Wat een verschrikkelijk dom plan was het van die mensen om bakken met vis in een laadruim van een passagiersbus te vervoeren. We konden werkelijk onze ogen niet geloven. Alles stonk, alle kleren, alles! ZUCHT! Heel even verlangden we naar het zo goed geregelde Nederland. Ze veegden er met een doekje overheen en wisten niet hoe snel ze de bus moesten sluiten en weg moesten rijden. Een half uur later werden we bij de busstop opgepikt door de in Hoi An geboekte easyriders, waardoor de stinkende tas op de achterkant van de motor werd geknoopt. We hadden er namelijk voor gekozen om ons twee dagen lang te laten vervoeren per motor. De eerste dag zouden we 180 kilometer afleggen om vervolgens in het bergdorpje Dalat te arriveren. Onderweg lieten onze motorrijders, Jack en Son, ons de mooiste plekjes zien. Zo stopten we bij een waterval, hoog in de bergen bij een prachtig uitzicht en het tempelcomplex in Dalat (Pagoda). De tempels waren allen bekleed met mozaïek, iets wat we nog niet eerder hadden gezien. Opvallend daarbij waren de vele hakenkruizen die afgebeeld werden op beelden en graven. Tegenwoordig kennen we een hakenkruis als teken van de Nazi's, maar in Azië is een hakenkruis (ook wel swastika genoemd) het heiligste teken van het hindoeïsme en jaïnisme. Dit teken wordt ook gebruikt door het boeddhisme. Eenmaal aangekomen bij de homestay voor de overnachting werd als eerste de backpack van Kim gewassen, maar helaas roken we nog steeds de lucht van de onderwaterwezens.

De volgende dag werd, wederom per motor, de tocht richting Mui Ne ingezet. En zoals Jack altijd zei: "Di Thoi", wat gaan met die banaan betekent. Ook tijdens de tweede dag maakten we een aantal stops. Er werd ons uitgelegd hoe koffieplanten groeien, pinda's worden geoogst en zijde wordt gemaakt. En we hebben dit allemaal met eigen ogen kunnen aanschouwen. Het hoogtepunt van de dag was toch wel de prachtige elephant waterfall, welke vele malen groter was dan die van de dag ervoor. Aangekomen in Mui Ne hebben we de volgende dag een scooter gehuurd om zelf de bekende witte zandduinen te gaan bekijken. Vlak aan de kust verschijnt uit het niets een mini woestijn, erg vreemd maar prachtig om te zien. Mui ne was verder erg rustig dus al snel vervolgden we onze reis naar ons eindpunt: Saigon. Ho Chi Minh city is de officiële naam van deze stad, maar toch gebruiken de mensen in Zuid-vietnam deze naam niet. Ze zijn niet allemaal even blij met het werk van president Ho Chi Minh en vinden het onzin dat de naam van deze stad opeens veranderd is omdat hij zo'n 'geweldige' man is.. Na alweer een ietswat onrustige busrit kwamen we s'avonds aan bij ons hotel. Direct werd duidelijk dat deze stad heel anders is dan de hoofdstad Hanoi. Moderner, bruisender en nóg drukker. Ons programma voor de laatste dagen in Vietnam zat bomvol dus de volgende ochtend vertrokken we voor een tweedaagse trip naar de Mekong delta. De Mekong delta is een groot gebied waar de rivier Mekong uitmondt in de Chinese zee. De Mekong bevatte 8 zijtakken, waar vietnam 9 zijtakken van heeft gemaakt omdat dit een algemeen geluksgetal is. We bezochten op de eerste dag het plaatsje Caí Bè en de tweede dag Can Tao per boot, uiteraard over de Mekong. We zagen een kleine floating market, floating houses en zelfs een floating tankstation voor boten. We zagen hoe rijst en kokosnoot verwerkt wordt in allerlei producten. Ook bezochten we de noodle factory en een grotere floating market waar vooral in de ochtend (05.00-11.00) veel fruit en andere etenswaren verkocht wordt. Bij een van de mini-fabriekjes hebben we zelfs nog een Python vastgehouden. Eenmaal terug in ons hotel in Saigon ging ons programma weer verder en brachten we een bezoekje aan de zeer bekende Cu Chi tunnels uit de Vietnamoorlog. Wauw, wat was dat indrukwekkend. Je kunt bijna niet geloven dat er tijdens de oorlog duizenden Vietnameese mensen, die overdag overigens gewoon functioneerde als werkende burger, zo diep onder de grond verstopt zaten. We hebben zelf mogen ervaren hoe het is om in de ondergrondse tunnels te zijn en ondanks dat dit gedeelte verbreed is voor toeristen konden we ons er nauwelijks in verplaatsen. Vooral Marvin had er moeite mee zich voort te bewegen door de enorm kleine en donkere tunnel. Na 20 meter moesten we de tunnel verlaten omdat het gewoonweg niet vol te houden is. Het is binnen in bloedheet en iedereen kwam dan ook kletsnat uit de tunnel. De gids liet ons verschillende vallen zien die de Vietnamezen voor de Amerikaase soldaten gemaakt hadden en enkele airholes die om de zoveel meter gebouwd zijn voor ventilatie in de tunnel. Er was anders namelijk te weinig zuurstof. Toen de Amerikaanse soldaten in de gaten hadden wat de functie van die airholes was gooiden ze sigaretten of andere troep in de gaten om de Vietnamezen te hinderen. We sloten de dag afmet een bezoek aan het war museum, wat minstens zo indrukwekkend was. Hier werd pas echt duidelijk welke gruwelheden Vietnam in de geschiedenis heeft moeten doorstaan.

Hiermee is ook een einde gekomen aan onze reis door Vietnam. Het is een indrukwekkend land met een rijke historie en een authentiek aziatisch karakter. We hebben er van genoten en kijken erg uit naar onze laatste maand in Indonesië. 

Tam biet (afscheidsgroet) en tot snel!

  • 03 Februari 2018 - 07:48

    Jelle:

    Leuk

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Kim

Actief sinds 31 Jan. 2014
Verslag gelezen: 1647
Totaal aantal bezoekers 13875

Voorgaande reizen:

02 Februari 2015 - 07 Mei 2015

Rondreis Zuid-oost Azië Marvin & Kim

01 Februari 2014 - 29 April 2014

Mijn eerste reis

Landen bezocht: